Hoe maak je een low key portret (stap voor stap)

Hoe maak je een low key portret (stap voor stap)

Lustige portretten zijn dramatisch en humeurig, gekenmerkt door overwegend donkere tonen en sterk contrast. Ze richten vaak de aandacht op het gezicht van het onderwerp en markeren specifieke functies. Hier is hoe u ze kunt maken:

i. Planning en installatie:

1. Definieer uw visie: Welke stemming wil je oproepen? Serieus, mysterieus, introspectief? Dit zal de pose, expressie en uw verlichtingskeuzes van uw model beïnvloeden.

2. Kies uw onderwerp: Denk aan gezichten met sterke functies. Low key fotografie benadrukt contouren en botstructuur.

3. Locatie, locatie, locatie:

* Indoor Studio (ideaal): Biedt volledige controle over verlichting.

* Dark Room (DIY): Gebruik een kamer die gemakkelijk kan worden verduisterd. Bedek ramen met dikke dekens of zwarte stof.

* buiten 's nachts (uitdagend): Vereist kunstmatige verlichting en precieze controle.

4. Achtergrond: Een donkere achtergrond is cruciaal. Opties zijn onder meer:

* zwarte stof: Velvet, vilt of mousseline werken goed. Zorg ervoor dat het kreukvrij is.

* donkere muur: Een donker gekleurde muur kan effectief zijn.

* Zwart naadloos papier: Een professionele optie voor een soepele achtergrond.

* belangrijk: Zorg ervoor dat de achtergrond ver genoeg achter uw onderwerp staat om te voorkomen dat u harde schaduwen werpt als u hard licht gebruikt.

ii. Uitrusting:

1. camera: Elke camera die handmatige controle over diafragma, sluitertijd en ISO mogelijk maakt, werkt.

2. lens: Een portretlens (bijv. 50 mm, 85 mm) is ideaal voor flatterend perspectief en ondiepe velddiepte.

3. verlichting: Dit is het meest kritieke element! Je hebt minstens één lichtbron nodig. Opties zijn onder meer:

* Studio Strobe/Flash: Biedt de meeste kracht en controle.

* speedlight/externe flitser: Meer draagbaar en betaalbaar dan studio -strabees.

* continu licht: LED -panelen of wolfraamlichten kunnen werken, maar vereisen vaak hogere ISO -instellingen.

* belangrijk: De mogelijkheid om het vermogen van het licht te regelen is cruciaal.

4. Lichtmodifier (essentieel): Helpt uw ​​licht vorm te geven en te regelen.

* rooster: Sterk aanbevolen voor ingehouden portretten. Richt licht in een smalle balk, het voorkomen van morsen en het creëren van sterk contrast.

* snoot: Vergelijkbaar met een raster, maar creëert een meer gerichte cirkel van licht.

* Barn -deuren: Hiermee kunt u het licht vormen en de lekkage regelen.

* softbox (kan worden gebruikt, maar zorgvuldig): Gebruik een kleine softbox om het licht enigszins te verzachten, maar let op overmatige lekkage.

5. Lichtstand: Om uw lichtbron vast te houden.

6. Reflector (optioneel): Een kleine reflector kan worden gebruikt om een ​​kleine hoeveelheid licht terug in de schaduw te stuiteren, maar gebruik het spaarzaam. U wilt de duisternis behouden.

7. Remote Trigger (sterk aanbevolen): Helpt cameramake te voorkomen.

8. statief (optioneel maar aanbevolen): Voor scherpe afbeeldingen, vooral bij langzamere sluitertijden.

iii. Camera -instellingen:

1. Schiet in handmatige (m) modus: Geeft je volledige controle.

2. ISO: Houd het zo laag mogelijk (ISO 100 of 200) om ruis te minimaliseren.

3. Apertuur: Kies een diafragma op basis van uw gewenste scherptediepte. Een breder diafragma (bijv. F/2.8, f/4) zal een ondiepe scherptediepte creëren en uw onderwerp isoleren. Een smaller diafragma (bijv. F/8, f/11) zal meer in focus hebben.

4. Sluitertijd: Begin met een sluitertijd die geschikt is voor de brandpuntsafstand van uw lens (bijv. 1/60e seconde voor een lens van 50 mm). Pas indien nodig aan om de juiste blootstelling te bereiken.

5. Witbalans: Stel uw witbalans in op basis van uw lichtbron (bijv. "Flash" voor strabees, "Tungsten" voor wolfraamlichten).

iv. Verlichtingstechnieken:

Dit is waar de magie gebeurt! De sleutel is strategisch gebruik van licht.

1. enkele lichtbron (het meest voorkomen):

* plaatsing: Plaats uw licht opzij en iets achter uw onderwerp. Dit zal dramatische schaduwen creëren en de contouren van hun gezicht benadrukken.

* rooster of snoot: Gebruik een rooster of snoot om het licht te concentreren en te voorkomen dat het op de achtergrond morst.

* Experiment: Pas de hoek en afstand van het licht aan om te zien hoe het de schaduwen en hoogtepunten beïnvloedt. Zelfs een kleine verschuiving in lichtpositie kan het beeld drastisch veranderen.

2. Rembrandt -verlichting:

* Beschrijving: Creëert een kleine driehoek van licht op de wang het verst van de lichtbron.

* plaatsing: Plaats uw licht iets boven en aan de zijkant van uw onderwerp, zodat het een schaduw uit hun neus werpt die (bijna) met de schaduw op de wang verbindt.

* populair voor ingehouden portretten.

3. Andere lichtposities om te experimenteren met:

* overhead (clamshell): Direct van boven het onderwerp kan interessante schaduwen creëren onder de wenkbrauw en kin.

* achtergrondverlichting: Het plaatsen van het licht achter het onderwerp kan een silhouet of velglichteffect creëren.

4. Meet:

* Gebruik de ingebouwde lichtmeter van uw camera als startpunt.

* Testfoto's zijn essentieel! Bekijk het histogram op het LCD -scherm van uw camera. U wilt dat de meeste pixels naar de linkerkant worden geclusterd (donkere tonen). Vermijd knippen (overbelichting) in de hoogtepunten.

v. De foto's maken:

1. Richt uw onderwerp: Communiceer duidelijk met uw model. Vertel ze de stemming waar je voor gaat en geef ze specifieke instructies over poseren en expressie. Kleine aanpassingen in hoofdhoek kunnen de verlichting en stemming drastisch veranderen.

2. Focus zorgvuldig: Zorg ervoor dat je focus scherp is op de ogen (of het deel van het gezicht waar je de focus wilt zijn).

3. Schiet in RAW -indeling: Biedt de meeste flexibiliteit voor nabewerking.

4. Maak veel schoten: Experimenteer met verschillende poses, verlichtingshoeken en camera -instellingen.

vi. Postverwerking (essentieel):

1. Software: Adobe Lightroom, Capture One of vergelijkbare RAW -verwerkingssoftware wordt aanbevolen.

2. Blootstelling en contrast aanpassen: Betaal de algehele blootstelling en contrast om de dramatische uitstraling te verbeteren. Vaak wil je de schaduwen verder donkerder maken.

3. Pas de hoogtepunten en schaduwen aan: Breng details terug in de hoogtepunten indien nodig, maar wees voorzichtig om ze niet overbelegt.

4. Duidelijkheid en textuur: Verhoog de duidelijkheid en textuur enigszins om details in het gezicht naar voren te brengen.

5. zwart -witte conversie (optioneel): Lustige portretten zien er vaak prachtig uit in zwart en wit. Experimenteer met verschillende zwart -witte conversies om er een te vinden die bij uw stijl past.

6. Dodge and Burn: Gebruik Dodge and Burn Tools om selectief gebieden van de afbeelding te verlichten of donkerder te maken om het licht en de schaduw verder te verbeteren. Dit kan worden gebruikt om functies te accentueren of om afleidingen te verwijderen.

7. Slijpen: Scherp de afbeelding zorgvuldig om details naar voren te brengen, maar vermijd overdekte.

tips en trucs:

* Oefen! Experimenteer met verschillende verlichtingsinstellingen en camera -instellingen.

* Let op details: Een kleine aanpassing in verlichting of poseren kan een groot verschil maken.

* Bestudeer het werk van andere fotografen: Kijk naar ingehouden portretten die u bewondert en probeer te analyseren hoe de fotograaf de look heeft bereikt.

* Gebruik gels (optioneel): Voeg gekleurde gels toe aan uw lichtbron om een ​​specifieke stemming of effect te creëren. Een blauwe gel kan bijvoorbeeld een cool, mysterieus gevoel toevoegen.

* Poeder van het gezicht van uw onderwerp (indien nodig): Helpt de glans en hotspots op de huid te verminderen.

* Overweeg vanglichten: Het vanglicht in het oog is wat je beeld scherp en scherp lijkt. Het brengt ook het leven naar het beeld.

Door deze stappen te volgen en te experimenteren met verschillende technieken, kunt u verbluffende ingehouden portretten maken die de stemming en drama waarnaar u streeft, vangen. Succes!