1. Inzicht in het concept:
* wat is het? Forel framing omvat het opnemen van objecten of elementen op de voorgrond van uw afbeelding die uw onderwerp gedeeltelijk verdoezelen of omringen.
* Doel:
* diepte: Creëert een gevoel van driedimensionaliteit door lagen aan de afbeelding toe te voegen.
* context: Geeft aanwijzingen over de omgeving en setting.
* Richtlijnen: Leidt het oog van de kijker naar het onderwerp.
* intriges: Voegt een laag mysterie toe en trekt de kijker in.
* Esthetische aantrekkingskracht: Kan de algehele samenstelling en visuele aantrekkingskracht verbeteren.
2. Het vinden en kiezen van voorgrondelementen:
* Kijk rond: Begin met het zorgvuldig observeren van uw omgeving. Wat is er beschikbaar dat als een frame kan worden gebruikt? Beperk jezelf niet - denk creatief na!
* Gemeenschappelijke elementen:
* natuurlijk: Takken, bladeren, bloemen, hoog gras, rotsen, bogen van bomen, stromend water.
* architecturale: Ramen, deuren, bogen, hekken, muren, bruggen.
* Man-gemaakt: Frames, spiegels, stof, handen, wazige figuren, alles wat relevant is voor de scène.
* Overweeg kleur en textuur: Kies elementen die de kleuren van het onderwerp aanvullen of een aangenaam contrast creëren. De textuur van de voorgrond kan ook visuele interesse toevoegen.
* relevantie: In het ideale geval zou het voorgrondelement betrekking moeten hebben op het onderwerp of het verhaal dat u probeert te vertellen. Een wazige koffiekopje op de voorgrond kan logisch zijn als je iemand in een coffeeshop afbeeldt.
3. Samenstelling en camera -instellingen:
* Diepte van veld (diafragma): Dit is cruciaal!
* ondiepe velddiepte (laag F-nummer, bijvoorbeeld f/1.8, f/2.8, f/4): Dit vervaagt het voorgrondelement en creëert een zacht, dromerig effect dat de aandacht vestigt op het scherpe onderwerp. Ideaal als u wilt dat het onderwerp de duidelijke focus is.
* Diepe diepte van het veld (hoog F-nummer, bijvoorbeeld f/8, f/11, f/16): Houdt zowel het voorgrondelement als het onderwerp in focus. Gebruik dit wanneer de voorgrond even belangrijk is voor het verhaal of wanneer u de omgeving wilt benadrukken.
* brandpuntsafstand:
* groothoeklens (bijv. 24 mm, 35 mm): Kan het gevoel van diepte overdrijven en het voorgrondelement groter laten lijken in relatie tot het onderwerp. Handig voor omgevingsportretten.
* telefoto -lens (bijv. 85 mm, 135 mm, 200 mm): Samen de diepte en kan de voorgrond en achtergrond dichter bij elkaar laten verschijnen. Handig voor het isoleren van het onderwerp maar nog steeds het frame opneemt.
* standaardlens (50 mm): Een goed middenweg, met een natuurlijk perspectief.
* Positionering:
* Overdrijf het niet: De voorgrond mag het onderwerp niet volledig verdoezelen. Het zou moeten verbeteren, niet verbergen.
* Experimenteer met plaatsing: Probeer het voorgrondelement in verschillende hoeken van het frame, aan beide kanten te plaatsen.
* Toonaangevende lijnen: Gebruik het voorgrondelement om toonaangevende lijnen te maken die het oog van de kijker naar het onderwerp trekken. Een tak die bijvoorbeeld naar het onderwerp wijst.
* focus: Kies zorgvuldig uw focuspunt. Afhankelijk van uw gewenste scherptediepte, concentreer u zich op het onderwerp of op zowel het onderwerp als het voorgrondelement. Handmatige focus kan nuttig zijn voor precieze controle.
* Perspectief: Verander je perspectief! Probeer vanuit een lagere of hogere hoek te schieten om te zien hoe het voorgrondelement interageert met het onderwerp. Hurn naar beneden, sta hoog op, beweeg rond.
4. Technieken en tips:
* Zoek naar natuurlijke frames: De natuur biedt vaak uitstekende kadermogelijkheden. Gebruik takken, bladeren of zelfs een opening in een rotsvorming.
* Gebruik reflecties: Puddles, spiegels of ramen kunnen interessante reflecties creëren die fungeren als voorgrondframes.
* schiet door objecten: Schieten door objecten zoals hekken, ramen of zelfs stof kan een laag mysterie en intriges toevoegen. Zorg ervoor dat het object onscherp is.
* vervagen de voorgrond: Het gebruik van een breed diafragma om de voorgrond te vervagen, kan een dromerig, etherisch effect creëren.
* Gebruik Motion Blur: Als u een bewegend onderwerp fotografeert, kunt u bewegingsonscherpte op de voorgrond gebruiken om een gevoel van snelheid of energie te creëren.
* Beschouw de achtergrond: De achtergrond is net zo belangrijk als de voorgrond en het onderwerp. Zorg ervoor dat het niet afleidt van de algehele compositie.
* Oefen en experimenteren: De beste manier om de voorgrond te beheersen, is door te oefenen. Experimenteer met verschillende elementen, hoeken en instellingen om te zien wat het beste voor u werkt.
* verhalen vertellen: Denk na over het verhaal dat je wilt vertellen. Voegt het voorgrondelement toe aan dat verhaal? Is het relevant voor de persoonlijkheid van het onderwerp of de context van het portret?
* Opruimen: Voordat u de opname maakt, neemt u even de tijd om afleidende elementen op de voorgrond te verwijderen die niet bijdragen aan de compositie.
Voorbeeldscenario's:
* portret in een tuin: Gebruik bloemen op de voorgrond om kleur en een gevoel van romantiek toe te voegen.
* portret in een stad: Gebruik een vensterframe om een gevoel van isolatie of observatie te creëren.
* portret in een bos: Gebruik takken en bladeren om het onderwerp in te kaderen en een gevoel van diepte te creëren.
* Portret by the Sea: Gebruik zeewier of rotsen op de voorgrond om textuur en context toe te voegen.
Key Takeaways:
Forel framing is een krachtig hulpmiddel om uw portretfotografie te verbeteren, maar het vereist doordachte planning en uitvoering. Door zorgvuldig uw elementen te kiezen, uw camera -instellingen aan te passen en te experimenteren met verschillende perspectieven, kunt u verbluffende portretten maken die zowel visueel aantrekkelijk zijn en een boeiend verhaal vertellen.